OBSESSIES (Dwanggedachten)
Dit zijn verontrustende gedachten, beelden of impulsen die men storend, zinloos en vervelend vindt maar die steeds terug blijven komen.
Het beeld kan ontstaan om iemand te willen slaan of vermoorden. Men kan ook bijvoorbeeld plots de gedachte krijgen: ‘stel dat ik die persoon onder de trein ga duwen.’
Als iemand een obsessie heeft om zijn partner dood te steken, dan is vaak de enige manier om de angst te kunnen beteugelen, het opbergen van alle messen en scherpe voorwerpen en de kast op slot doen. Op de korte termijn vermindert dit de spanning, op de langere termijn houden deze handelingen juist de angst in stand omdat de dwanggedachten bevestigd worden door er aan toe te geven.
God (Godslastering of blasfemie)
Onwenselijke gedachten kunnen ook betrekking hebben op religie. Men kan denken aan schuttingwoorden als men aan God denkt (Godlastering, beschimping van God, blasfemie). Religieuze mensen (vooral moslims, joden en christenen)vinden het heel erg dat ze zo ‘slecht’ denken en kunnen dan bijvoorbeeld een dwangmatig ritueel bedenken waarbij ze 10 keer moeten bidden om deze gedachten te vereffenen.
Mensen proberen vaak met alle macht deze gedachten te onderdrukken, maar juist dán komen ze naar boven. Probeer maar eens niet te denken aan een roze olifant. U bent er dan zo mee bezig niet aan iets te denken, dat u er juist aan denkt.
Seks
Ook kunnen mensen last hebben van beelden of gedachten met een seksuele inhoud. Zo kan iemand bijvoorbeeld last krijgen van seksuele gedachten bij het zien van zijn buurjongetje. Hij schrikt hier erg van en durft niet meer bij de buren op bezoek te gaan. Deze beelden kunnen ook gaan over seks met dieren of over gewelddadige handelingen tijdens seks.
Agressieve of gewelddadige obsessies
Veelvoorkomende obsessies zijn onder andere:
•Angst om op pad te gaan wegens vrees om iemand te vermoorden, waarbij steken, snijden, verstikken etc. als mentaal beeld voor ogen wordt gezien.
•Angst om een pistool van een politieagent af te pakken en iemand neer te schieten.
•Angst voor verstikking van je baby of partner.
•Angst voor het breken van de nek van je partner, kind of huisdier.
•Angst om de controle te verliezen en iemand bij zijn of haar keel te grijpen en te verstikken.
•Angst om iemand uit een gebouw of van een andere hoge plaats te gooien of duwen.